Rotterdamse ondernemers zoeken stabiliteit na Prinsjesdag

Rotterdam, donderdag, 18 september 2025.
Na Prinsjesdag 2025 vrezen Rotterdamse ondernemers onvoorspelbaarheid. Één op de vijf bedrijven overweegt Nederland te verlaten, mede door de vele controles.
Onzekerheid troef na Prinsjesdag
Op Prinsjesdag, dinsdag 16 september 2025, presenteerde het demissionaire kabinet de plannen voor 2026 [4][7]. Direct na de bekendmaking uitten Rotterdamse ondernemers hun bezorgdheid over het onvoorspelbare ondernemingsklimaat in Nederland [1]. Deze zorgen werden geuit tijdens een ondernemersontbijt in Rotterdam op 15 september 2025, de dag na Prinsjesdag [1]. De onduidelijkheid over regels en belastingen bemoeilijkt volgens hen de bedrijfsvoering [1]. De vele controles worden als een knelpunt ervaren, waardoor ondernemers behoefte hebben aan een stabieler en voorspelbaarder ondernemingsklimaat [1].
Dalende concurrentiepositie
De Nederlandse concurrentiepositie is de afgelopen jaren gedaald. Sinds 2021 is Nederland gezakt van de vierde naar de tiende plaats op de World Competitiveness Ranking [1]. Professor Henk Volberda (economie) wijt dit deels aan extra rapportageverplichtingen voor milieu, klimaat en bedrijfsvoering [1]. Max Velthoven, adviseur bij EY, merkt op dat Nederland strengere regels wil invoeren dan omringende landen, waardoor ondernemers overwegen te vertrekken naar bijvoorbeeld Zwitserland of de Verenigde Staten [1].
Maatregelen kabinet
Het kabinet heeft op Prinsjesdag diverse maatregelen aangekondigd die gunstig zouden moeten zijn voor bedrijven en ondernemers [2]. Zo wordt de lagere brandstofaccijns verlengd en de concurrentiepositie van de industrie verbeterd door een lagere CO2-heffing en een regeling die tot en met 2028 hoge stroomkosten compenseert (voor een bedrag van € 150 miljoen) [2][3]. Daarnaast investeert het kabinet extra in innovatie en het toekomstig verdienvermogen, met het hoogste budget ooit voor de WBSO-regeling (€ 1,8 miljard), € 230 miljoen voor Nederlandse deelname in innovatieve halfgeleiderprojecten en € 200 miljoen voor financiering van start-ups [2][3].
Vereenvoudiging regels
Minister Karremans van Economische Zaken erkent dat ondernemers te weinig vertrouwen hebben in de politiek [2][3][7]. Het kabinet streeft ernaar de regeldruk te verminderen door regels te schrappen, aan te passen of te verduidelijken [2]. Zo wordt de rittenregistratie voor het mkb afgeschaft, als eerste van de 500 regels die voor de zomer van 2026 vereenvoudigd of geschrapt moeten zijn [2][3]. Ondanks deze inspanningen blijft het ondernemingsklimaat, vooral voor het mkb, een punt van zorg [2].
Fiscale plannen 2026
Naast de algemene maatregelen zijn er diverse fiscale wijzigingen gepland voor 2026 [6]. De tarieven voor de vennootschapsbelasting en de belastingschijven blijven ongewijzigd [5][6]. Wel zijn er wijzigingen te verwachten voor inkomstenbelastingondernemers en werkgevers [6]. De zelfstandigenaftrek daalt van € 1.500 in 2025 naar € 1.200 in 2026 [7]. Verder wordt het belastingvoordeel in box 3 verlaagd: het belastingvrije vermogen daalt van € 57.684 naar € 51.396 [5][7].
Specifieke sectorplannen
Ook voor specifieke sectoren zijn er plannen. Zo wordt de verhoging van het btw-tarief voor sportactiviteiten van 9% naar 21% uitgesteld [4]. Echter, het btw-tarief voor overnachtingen stijgt wel van 9% naar 21% [4][6]. Vanaf juli 2026 wordt een vrachtwagenheffing ingevoerd voor vrachtwagens zwaarder dan 3,5 ton [4]. Daarnaast zijn er wijzigingen op komst in de bedrijfsopvolgingsregeling in 2025 en 2026 [4].